Predatie als ecosysteemproces

In het waddengebied is de Vos een natuurlijke predator op de vastelandskwelders. Hij is één van de soorten is die bijdraagt aan een divers en compleet ecosysteem. De Vos is bovendien zeker niet de enige predator. De Hermelijn, die uit het weidevogelonderzoek voortkomt als even belangrijke predator, komt eveneens op de kwelder voor. In het open landschap van de Wadden is de Slechtvalk de tegenhanger van de Havik. Het is een kwestie van tijd dat deze soort ook in het Nederlandse deel van de Wadden broedt. De kwelders vormen voor deze soort een belangrijk jachtgebied. Ook diverse soorten meeuwen zijn aan de kust belangrijk als predator. Daarnaast komen Velduil, kiekendieven en buizerds voor. De Velduil was op Griend een belangrijke predator van jonge kolonievogels. Op Ameland was de Bruine rat een belangrijke predator. De Bunzing wordt genoemd als predator bij de Klutenplas. Op de Duitse kwelders wordt de Egel als een belangrijke predator genoemd. De Zeearend overwintert in toenemende mate op de kwelders. In de toekomst worden de kwelders mogelijk ook gekoloniseerd door de Otter. Het beeld t.a.v. predatie is dus zeer divers.

Predatie is een natuurlijk gegeven. Vogels houden daar rekening mee door nestplaatskeuze, gedrag, legselgrootte, tweede broedsels, etc. Predatie kan leiden tot lagere dichtheden aan bodembroeders in vergelijking met situaties waar predatie is uitgesloten. Voor kolonievogels kan predatie desastreus uitpakken, waardoor kolonies verdwijnen van de locaties met predatoren. Ten aanzien van de ecologische vereisten en belangrijke aspecten voor de Bruine kiekendief, Blauwe kiekendief en Velduil noemt het Natuea 2000 beheerplan voor de Waddenzee de afwezigheid predatie door vossen (3011). Van kiekendieven is bekend dat predatie van nesten door de Vos weinig voorkomt, als menselijke factoren (nestbezoek) worden uitgesloten.

In een gebied met voldoende schaal en heterogeniteit moeten plekken zijn waar kolonievogels terecht kunnen. In de Oostvaardersplassen is een lepelaarkolonie aanwezig, ondanks het feit dat vossen er niet bejaagd worden. In het Natura2000-gebied Waddenzee vormen de Waddeneilanden vosvrije gebieden. Het Natura2000-gebied omvat door natuurlijke oorzaken dus voldoende schaal en heterogeniteit zodat predatie door de Vos zich beperkt tot slechts een deel van het gebied. Vossenbestrijding kan daarom worden gezien als een aantasting van het natuurlijk karakter van het Waddengebied.

Intrinsieke waarde en welzijn van de Vos

Het verstoren en vervolgen van inheemse dieren heeft behalve de soms beperkte directe effecten grote indirecte effecten. De dieren passen hun gedrag aan om verstoring en vervolging te vermijden. Hun terreingebruik verandert. Hiervoor maken ze fysiologische kosten. In afwezigheid van vervolging is de Vos overdag actief, bijvoorbeeld in de Oostvaardersplassen en de Amsterdamse Waterleidingduinen. Vossenbestrijding verstoort het dagnachtritme van de Vos.

Het schieten van vossen kan leiden tot directe dood, maar kan er ook toe leiden dat een Vos extra lijdt door verwondingen. Het aandeel van doodgeschoten vossen die pas in tweede instantie worden gedood is meestal niet bekend, maar kan tussen de 15 en 40 % bedragen, waarbij niet bekend is hoe dit zich verhoudt tot vossen die wel aangeschoten worden, maar niet worden teruggevonden. Achter het woord afschot gaat veel dierenleed schuil.

Inzetten van honden is eveneens een wrede methode om vossen te bestrijden. Honden bijten de vos vaak niet in één keer dood, maar kunnen de vos uitgebreid verwonden, alvorens de vos sterft. Een vos die in zijn hol wordt achtervolgd, lijdt alvorens hij uitgegraven en gedood is. Soms worden ook vangkooien ingezet. Het is maar de vraag of de gevangen dieren elders weer worden uitgezet, of dat ze worden gedood. Van de zorgplicht gaat elders uitzetten vóór het doden van dieren.

Wanneer ook vervolging plaatsvindt in de periode dat vossen jongen hebben, kunnen jongen sterven als gevolg van verhongering als de ouders gedood zijn of in de burcht worden doodgebeten door honden.

Effecten op populatieniveau zijn een toename van de reproductie en rekrutering van dieren die bij verzadiging niet aan de voortplanting deelnemen. De totale populatie van de Vos wordt niet bedreigd en open plekken worden ingenomen door andere vossen.

Nevenschade van het jagen op vossen

De vogels in het Waddengebied zijn niet alleen kwetsbaar tijdens de broedperiode, maar ook in de periode die daaraan voorafgaat als ze naar hun broedgebieden trekken. De migratieperiode overlapt met de periode waarin het conceptbeheerplan het bestrijden van vossen toestaat. Veel watervogelpopulaties zijn gelimiteerd door de omstandigheden tijdens de winter. Behalve de vogels die met laag water in meerderheid het wad op gaan, blijven er altijd vogels aanwezig op de kwelder. In de ruigere delen van de kwelder zijn dit bijvoorbeeld Blauwe kiekendief en Velduil. Andere soorten zijn onder meer Frater, Strandleeuwerik, Sneeuwgors, Graspieper, Oeverpieper en Slechtvalk.

Geweerschoten hebben een verstorende werking op vogels. Op deze verstorende werking zijn knalapparaten gebaseerd, die bedoeld zijn om vogels te verjagen. Naarmate de afstand tot de geluidsbron toeneemt, neemt de sterkte van het geluid af.Geweerschoten zijn niet alleen op de kwelder hoorbaar, maar ook op het wad. Vuurwerk dat vergelijkbare geluidsniveaus heeft, leidde tot alertheid en vluchtreacties tot drie kilometer afstand in Zeeland.

Elk individueel schot heeft, over het algemeen, een verwaarloosbaar effect op de energiehuishouding van vogels. Verschillende verstorende gebeurtenissen tellen bij elkaar op. Het gebruik van geweren leidt ertoe dat dieren ook in afwezigheid van die geweren sterker reageren op de aanwezigheid van mensen. De aanwezigheid van mensen met geweren en honden kan zo zeer verstorend werken. Daarnaast tellen verstoringsduur en -frequentie.

Noodzaak: is vossenbestrijding nodig om vogelpopulaties te laten groeien?

De voedselsituatie is een knelpunt voor diverse vogelsoorten in de Waddenzee: Eider, Grote stern, Visdief, Noordse stern, Aalscholver, Grote zaagbek, Scholekster, Kanoet en Kluut. Daardoor zijn vogels ook gevoelig voor andere factoren, zoals predatie. Bij een goede voedselsituatie gaat het reproductiesucces voor de hele Nederlandse Waddenzee omhoog en worden verliezen door predatie (vossen, ratten, meeuwen, etc) beter opgevangen. Het intensieve gebruik van de Waddenzee leidt tot verminderde voedselopname en dat probleem wordt afgewenteld op één van de natuurlijke predatoren in het Waddengebied.

Noodzaak: het doden of verwijderen van vossen is onnodig om predatie te voorkomen. Er zijn alternatieven die goed werken.

Een belangrijke maatregel is het plaatsen van een elektrisch hek/stroomdraad rond een nest of rond een kolonie. Op de kwelder kunnen kolonies het beste beschermd worden tegen vertrapping door grazers door ze uit te rasteren. Met een aantal aanpassingen is de afrastering ook ontoegankelijk te maken voor de Vos.

Daarnaast kunnen broedlocaties (zogenaamde ‘kluteneilanden’) worden gecreëerd. In combinatie met stroomdraad en op afstand van ruig biotoop is dit kansrijk. Bij de aanleg van zo’n eiland kan bovendien de hoogteligging zo worden gekozen dat de effecten van overstromingen tijdens de broedperiode worden beperkt of voorkomen.