In de afgelopen twee zomers zijn vegetatieopnamen gemaakt in het Dwingelderveld op plekken waar recent de toplaag verwijderd is.

Op voormalige landbouwgronden blijkt de aanwezigheid van het zaad van de doelvegetaties vaak beperkt of niet aanwezig. Hierdoor kunnen deze gronden lang kaal blijven of uiteindelijk dichtgroeien met een niet gewenste vegetatie. In het Dwingelderveld is de oppervlakte ontgrond gebied gigantisch en aan de randen grenst het aan de beoogde vochtige heidevegetaties. Die uitgangssituatie is daarom gunstig. Daarnaast is er direct na het ontgronden plagsel uitgereden waarin de zaden van deze heidevegetaties aanwezig zijn.

De foto illustreert dat direct in begrazing nemen een belangrijke maatregel kan zijn om ongewenste ontwikkelingen tegen te gaan. Links van het raster wordt niet begraasd. In het vochtige zand slaat berk gemakkelijk op. Hoewel grazers niet zo graag berken eten, is het effect van begrazing aan de rechterkant duidelijk zichtbaar.